Christendom, Feestdagen, geschiedenis, mythologie, natuur

Yule

Yule, joel, juul, jul… winterzonnewende. De langste nacht en de kortste dag. De tijd van het jaar dat we het minst lang van de zon en het daglicht kunnen genieten. Even een technisch verhaal. Solstice of solstitium in het net Nederlands wil zeggen dat de zon ogenschijnlijk stil staat aan de hemel. Hij komt een paar dagen op dezelfde plek op. De precieze winterzonnewende valt op of rond 21 december. Omdat de aarde niet helemaal ‘recht’ staat, maar de as iets gekanteld is (23 graden) staat de zon niet altijd recht boven de evenaar. In onze winter schijnt de zon meer op het zuidelijk halfrond dan op het noordelijk halfrond. Daarom is het dan daar zomer en bij ons winter. Op het moment van de winterzonnewende staat de zon precies boven de steenbokskeerkring. Dat is een cirkel rondom de aarde die precies op de 23 graden zuiderbeedte ligt die de aarde ook gekanteld staat. Vanaf 21 december zal de zon langzaam aan weer onze kant op komen en zullen de dagen weer langer worden (ok… de zon komt niet echt onze kant op, maar het lijkt zo).
Rond deze tijd kun je zelf ervaren dat daglicht een kostbaar iets is. ‘s Ochtends in het donker van huis gaan naar je werk en ‘s avonds in het donker weer thuis komen, ook al is het nog maar 6 uur, is niet altijd leuk en makkelijk. En dan wonen we nog niet eens helemaal in Noord Europa. Binnen de poolcirkel wordt het niet eens licht tijdens deze dagen. Stel je voor… 24 uur donker. Dit heeft natuurlijk invloed op ons lichaam en ons ritme van leven. Helaas kunnen we daar in de moderne wereld geen gehoor aan geven. Dat de prehistorische mensen deze donkere tijd als bijzonder en misschien ook wel beangstigend hebben ervaren kunnen we ons denk ik wel voorstellen. Hoe lang blijft het donker? Zouden ze de goden genoeg gunstig hebben gestemd om het licht te laten terugkeren?

0BB354B1-FDFC-4403-AC34-6D7D8C5BF2FB

Op zoek naar bewijzen van feesten en gebruiken rondom de winterzonnewende in het oude Groot-Brittannië is nog niet zo gemakkelijk. Dat ze er geweest moeten zijn is wel bijna zeker. De mensen toen moeten dit als een bijzondere tijd van het jaar gezien hebben. Kijken we bijvoorbeeld naar de bouwwerken die zijn overgebleven uit de prehistorie, dan zien we dat een paar daarvan zijn gebouwd in lijn met de winterzonnewende. Sommige met zonsopkomst, anderen met zonsondergang. Het bekendste voorbeeld is de grafheuvel van Newgrange. Op 21 december komt de zon op en schijnt door een opening waarbij de binnenkant van de tombe verlicht wordt. Een ander voorbeeld is Maes Howe, een grafheuvel op Orkney. Ook zou Stonehenge wellicht een doirgang hebben gehad waarop het licht scheen op zonsondergang op 21 december. Er zijn talloze feesten en gebruiken rondom kerst en de kortste dag die kunnen duiden op een paganistische oorsprong. Maar echte geschreven bewijzen zijn er bijna niet. Het is ook erg moeilijk om te ontrafelen wat vroeg Christelijke gebruiken zijn en wat echt een oudere bron heeft. We weten dat de Romeinen in December de Saturnalia vierden, feesten voor de god Saturnus, en het zonnefeest van Sol Invictus op 25 december, de onoverwinnelijke zon. Dat ze hun huis versierden met groenblijvende takken en elkaar geschenken gaven. Dat lijkt natuurlijk veel op wat we nu doen met Kerst. Over groene planten in huis halen met Kerst schreef ik ook in mijn vorige blog over hulst en klimop. Maar als we kijken in de enige oude bronnen die er zijn voor Keltische verhalen en gebruiken, de Ierse oude geschriften, lezen we daarin niets over winterzonnewende feesten. Daarbij moet wel de kanttekening gemaakt worden dat deze geschriften secundair zijn. Ze zijn pas eeuwen later opgetekend door geleerden, wat in die tijd gelijk stond aan geestelijken. Niet ondenkbaar dat hier gewoon niet over geschreven is omdat het feest gekerstend moest worden.
Dat brengt ons gelijk bij het kerstfeest zoals het nu gevierd wordt door veel mensen. De geboorte van Jezus in de stal in Bethlehem omdat zijn vader Jozef en moeder Maria met een ezeltje op weg waren naar de stad van Jozef’s stamvader Koning David. Hier kunnen we kort over zijn. Bijna iedereen die hier grondig naar heeft gekeken is het er over eens dat Jezus niet in december geboren is. Meest waarschijnlijk is dat hij in het voorjaar ter wereld is gekomen. Waarom dan Kerst in december? Ook dit is een aanwijzing dat eind december voor de niet-Christelijke bevolking een tijd moet zijn geweest waarop iets gevierd moest worden, vereerd moest worden. En aangezien Kerst in de betekenis nu en al eeuwenlang een lichtfeest is, Jezus kwam ons licht brengen in de duisternis, is het niet heel onwaarschijnlijk dat de vroege kerkvaders hebben bedacht dat dit de Christelijke vervangen zou moeten gaan zijn voor de heidense feesten die al bestonden.

F425359F-EF60-4B78-AA9B-622DEC6479A7

De oudste geschriften waarin een winterfeest genoemd wordt eind december zijn Angelsaksische geschriften. Bede, de monnik en geleerde, schreef in zijn geschriften over een winterfeest. In de 8e eeuw schreef hij een kalender met feesten en belangrijke dagen. Hierop noemde hij op 24 december Moedersnacht (Modranicht). Hier zou je kunnen stellen dat moedersnacht zou kunnen wijzen op de maagd Maria die in deze nacht haar kind te wereld bracht. Bede was after all een geestelijke. Daarnaast werd in alle andere Angelsaksische geschriften de geboorte van Jezus aangeduid met Midwinter. Maar hij schrijft ook dat Modranicht een heidens woord is om de nacht van 24 december aan te duiden. Als we kijken naar Angelsaksische (Germaanse) moedercultussen komen we al snel bij de Matronae en de nornen. Er zijn daarom historici die hierin bewijs zien dat deze nacht voor Angelsaksen en andere Germaanse stammen een heilige nacht was voor moedergodinnen. Matronae zijn niet alleen puur Germaans, maar ook deels Gallisch of Keltisch. De drie Maria’s uit de Bijbel zouden volgens sommigen gebaseerd zijn op de Matronae of op de nornen. In de 11e eeuw stond Noord Engeland grotendeels onder bestuur van de Denen. Zij namen het woord Yule mee vanuit hun thuisland (in verschillende schrijfwijzen). Deze naam raakte sterk ingeburgerd in het noorden van Engeland en in Schotland. Maar ook hier geen harde bewijzen voor een hele oude traditie of oorsprong. Het werd wel gesteld door onder meer Snorri Sturluson, schrijver van de Edda, maar ook hij had hiervoor geen historisch bewijs. Hij schreef over een offer dat gemaakt moest worden in deze tijd om een goede oogst en een goed jaar af te dwingen. Volgens hem zou het feest 3 dagen duren, te beginnen op midwinter. Yule zou het feest zijn dat werd geassocieerd met Odin en met de Wilde Jacht. Ook in Wales zijn oude midwinterfeesten bekend. Tradities als het joelblok, een blok hout dat in het haardvuur werd gelegd in het donker en helemaal tot as moest vergaan zonder te doven. Tijdens het branden vertelde men (spook)verhalen en deed men aan waarzeggerij, zouden net als de joelbok en het offeren van een joelzwijn een paganistische wortel hebben. Dit joelblok of yule log gebruik was over grote delen van Engeland en Schotland bekend. Vooral in Schotland, waar de reformatie niet zo veel voet aan de grond heeft gekregen, zijn nig veel yule tradities bewaard gebleven. In Somerset verbrande men een ‘ashen faggot’, negen takken van een es in een bundel gebonden, dit zou een afgeleide zijn van het joelblok. Een duidelijk bewijs voor een paganistische oorsprong is en niet, maar toch word algemeen aangenomen dat dit erg oude gebruiken zijn.
Aan de Angelsaksen danken we ook de traditie van ‘wassailing’, het uitbrengen van een toost voor gezondheid en voorspoed voor het nieuwe jaar. Dit gebeurde meestal op kerstavond, tussen Kerst en Oud en Nieuwof op 6 januari. Uit een speciale wassail-cup drinkt men warme kruidige cider, wijn of mede. Men spreekt de wens waes háel uit, gezondheid. In de gebieden waar appels voor cider groeien (West Country) is de oudste appelboom de Apple Tree Man. Hij krijgt de laatste ‘mulled cider’ bij het wassailing op kerstavond om volgend jaar weer voor een goede oogst te zorgen.

B03245F8-6D67-4D21-95DA-0B610F5DD806

En dan natuurlijk de kerstboom… hoe heidens is de kerstboom? Heel kort en krachtig… niet. De kerstboom zoals wij die nu kennen is niet heidens. Het is een gebruik dat vooral onder protestanten een tijdlang populair is geweest. De welbekende Luther zou kaarsen in een wintergroene boom hebben aangestoken. Vooral in Duitsland was het optuigen van een kerstboom in huis populair onder protestanten. De Duitse man van Koningin Victoria, Prins Albert, zou dit gebruik vanuit Duitsland hebben meegebracht naar zijn nieuwe thuisland, Groot Brittannië. Niet helemaal waar, het was er al, geïntroduceerd door de uit Duitsland afkomstige vrouw van Koning George III. Prins Albert heeft het wel populair gemaakt in Groot-Brittannië. Maar dat is natuurlijk best kort door de bocht allemaal. Want bomen, en dan vooral die in de winter groen bleven, waren belangrijk voor heidense volken. De Kelten en de Germanen zagen bomen als heilig (je kent verhaal het vast wel, Bonifatius, de eik…. liep niet goed met hem af). En het gebruik van het binnenbrengen van wintergroen in huis rondom midwinter is ook bekend onder heidense volken zoals al eerder beschreven. Dus…. de kerstboom met ballen en lichtjes is dan misschien niet heidens, bomen zijn wel degelijk belangrijk en heilig in onze pre-Christelijke traditie.

CE87491D-02A7-464C-87EF-0551BF980BFE

Bronvermelding: De afbeelding over wassailing is afkomstig van de website van historic-uk.

Een gedachte over “Yule”

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s