St George’s Day, over draken en dinosaurussen. Van mythologie tot paleontologie.

23 April is St George’s Day in Engeland. De naamdag (en in dit geval ook sterfdag) van de flagheilige Saint George. De Engelsen zijn deze dag meer Engels dan je je kunt indenken. Overal wappert de Engelse vlag met het St George’s Cross. Dat is de witte vlag met het rode kruis, dus niet de ‘Union Jack’.

Saint George was een Griekse man die afkomstig was uit Cappadocië in het huidige Turkije. Hij was een elitesoldaat in het Romeinse leger en hoorde bij de persoonlijke garde van de Romeinse keizers. En hij was een Christen in een tijd dat het Christendom nog niet de Romeinse staatsgodsdienst was maar door de keizers gezien werd als een sekte die verboden was. Toen men er achter kwam dat George niet het Romeins paganistische geloof maar het Christelijke geloof aanhing is hij ter dood veroordeeld. Hij stierf volgens de overlevering op 23 april 303.
Na zijn dood werd hij een martelaar en een heilige die over de hele wereld belangrijk werd. Al sinds de vroege Middeleeuwen zijn zijn verhalen bekend en werd hij vereerd.
Hij is de partoonheilige van Engeland en dat is best bijzonder als je bedenkt dat er geen enkele link is tussen St George en Engeland. Er zijn door de eeuwen heen dan ook genoeg mensen geweest die zijn rol als patroonheilige betwist hebben en liever een andere heilige op die plek zagen. Waarom is hij dan toch de patroonheilige? Dat is hij niet altijd geweest. De eerste referentie naar St George in Engeland is afkomstig van de Angelsaksische monnik Bede. Ook wordt hij genoemd door koning Alfred of Wessex in zijn testament en staat zijn feestdag genoemd in de ‘Durham Collectar’, een liturgisch werk uit de 9e eeuw. Ergens in de 13e of 14e eeuw is St George de patroonheilige van Engeland geworden. Hij was een strijder en zijn afbeelding werd vaak meegenomen in veldslagen. Ook werd hij symbool van de Kruistochten en zagen kruisvaarders hem als beschermheilige. Zijn kruis, het rode kruis op de witte achtergrond, werd het kruisvaarderssymbool.

St George and the Dragon 2
St George and the Dragon (stockphoto)

Als je in Engeland rondloopt zul je in dorpen en steden standbeelden van St George tegenkomen en hem zien op borden boven pubs die naar hem genoemd zijn. Op die afbeeldingen zul je hem meestal zien als held die een draak verslaat. Dit is de legende van St George en de draak. Legendes over draken zijn al eeuwen oud en zo ook de verhalen van mannen die draken verslaan. Al snel werd ook St George deze rol toebedeeld. Hij zou een draak hebben verslagen die mensenoffers eiste en op deze manier een prinses hebben gered van een afschuwelijke dood. Maar waar komt dat geloof in draken toch vandaan? St George verslaat een draak, Merlijn de Tovenaar ziet draken vechten onder een kasteel. Thor vocht in de Edda tegen het slangachtige wezen Jörmungandr en in de Germaanse verhalen werd Fafnir een draak die zijn goud bewaakte tot hij werd verslagen door Siegfried. Draken komen voor in de Bijbel, ze staan in allerlei mythologieën, komen voor in allerlei culturen en worden al sinds de oudheid afgebeeld op voorwerpen. Er zijn verschillende verklaringen voor het geloof in draken. Maar jullie kennen mij inmiddels een beetje, ik ga zoeken in de stenen…
Het geloof in draken is niet zo maar uit de lucht gegrepen. Het zal niemand ontgaan zijn dat draken toch een flink aantal overeenkomsten vertonen met sommige dinosaurussen. Zouden het geloof in draken en deze dinosaurussen iets met elkaar te maken kunnen hebben? Het woord draak komt uit het Grieks, drakon. En later werd het door de Romeinen draco. Oorspronkelijk werde hier allerlei slangachtige reptielen mee aangeduid. Het Welshe ddraig en het Ierse dragan komt van dezelfde stam.

Griffioenen
Verhalen over draken vinden we in alle uithoeken van de wereld. Van China tot Amerika, van de oude Grieken tot Middeleeuws Europa, verhalen over draken zijn wereldwijd verspreid. De oude Grieken hadden al afbeeldingen van draak-achtige wezens op de aardewerken voorwerpen die ze gebruikten.

Als we goed kijken naar deze wezens, zien we dat ze als uitzonderlijk groot worden afgebeeld en er angstaanjagend uitzien, met klauwen, scherpe tanden en grote koppen. Een bekend voorbeeld hiervan is de griffioen. De griffioen is een mythisch wezen dat als eerste is beschreven door de Grieken. Het is een hybridisch dier, dat wil zeggen dat het is samengesteld uit meerdere bekende dieren, in dit geval de kop en vleugels van een vogel en het lijf van een leeuw. Het woord griffioen is afkomstig uit het Grieks en komt van gryps. Het Oud-Engelse woord voor griffioen is gripe. Het woord is ook verwant aan het Oud-Perzische giriften, dat grijpen betekent. De oudste bekende afbeelding van een griffioen is uit ongeveer 640 voor Christus. Het dier wordt ook soms afgebeeld op de helm van de godin Athene.
De bron van de verhalen over dit mythische wezen ligt niet bij de Grieken, maar verder naar het oosten, bij de Scythen. De Scythen leefden 3000 jaar geleden nomadisch in de Gobi Woestijn tot aan het Altai gebergte waar ze naar goud zochten om te verhandelen. Scytisch goud werd tot ver in Europa geïmporteerd en stond bekend om zijn zuiverheid. In de zevende eeuw voor Christus is vermoedelijk het eerste contact geweest tussen de Scythen en de Grieken. Behalve goud en kunstvoorwerpen werden ook verhalen overgedragen. De Scythen hadden verhalen over magische wezens in de woestijn die het kostbare goud bewaakten. Deze wezens hadden de kop van een vogel en het lijf van een zoogdier. De verhalen verspreiden zich snel en werden erg populair in de gebieden rond de Middellandse Zee. De Grieken en Romeinen namen deze verhalen over en Plinius de Oudere omschreef griffioenen als wezens die in de woestijn hun eieren in nesten legden en in deze eieren zaten goudklompjes.

HOMM5_Haven_Creature_Griffin
Griffioen (stockphoto)

Nu wil het toeval, of eigenlijk is het geen toeval, dat de Gobi Woestijn een walhalla is voor dinosaurus fossielen. Veel van de ons bekende dinosaurussen zijn als compleet skelet gevonden in de Gobi Woestijn. Eén van deze dinosaurussen die hier met enige regelmaat gevonden wordt vertoont toch wel erg veel overeenkomsten met de griffioen. Deze Protoceratops heeft een bek die veel wegheeft van een uit de kluiten gewassen vogelsnavel en het lijf lijkt op dat van een groot zoogdier, bijvoorbeeld een leeuw. Ook de Psittacosaurus leek wel wat op een monster met een vogelsnavel. Om deze dieren te vinden in de woestijn hoefde men in de oudheid niet ver te zoeken of te graven. De skeletten waren vrijgelegd door de wind die alle zand en sediment had weg geërodeerd. Mensen die in de woestijn op zoek gingen naar goud zagen deze monster skeletten dus her en der liggen. Het is niet verwonderlijk dat er verhalen werden bedacht over deze beesten en dat ze tot bewakers van het goud gemaakt werden.

Protoceratops Carnegie Museum
Protoceratops skelet in het Carnegie museum (stockphoto)

Thunder Birds
Ook in Amerika hadden de Indianen veel verhalen over monsterlijke wezens. De Sioux bijvoorbeeld hebben verhalen over gevechten tussen Thunder Birds en Water Monsters. Deze Thunder Birds zijn gigantische vogels met grote bekken met scherpe tanden. De Water Monsters zijn grote reptiel achtige beesten, ook weer met veel afschrikwekkende tanden. Volgens de verhalen van de Sioux waren de eerste wezens op aarde insecten en reptielen en behoorden deze dieren tot het rijk van de Unktehi, de Water Monsters. In hun verhalen vertellen de Sioux over de tijd voordat er mensen waren, toen de aarde bewoond werd door reptielen in alle soorten en maten. Deze reptielen werden boosaardig en vernietigden het leven op aarde, daarom zijn deze reptielen vernietigd, zodat het leven op aarde gered kon worden. De Thunder Birds hadden grote bliksemflitsen als wapen en versteenden daarmee de Water Monsters. De botten van zowel de Water Monsters en de Thunder Birds werden begraven in de aarde.

Het leefgebied van de Sioux is bij paleontologen bekend vanwege de fossielen van de vliegende sauriër Pteranodon die hier gevonden worden. Ook worden er veel skeletten van zeereptielen zoals Mosasaurus gevonden. Deze skeletten liggen bij elkaar in hetzelfde gebied en konden wel eens de bron zijn van de Sioux verhalen over de strijd tussen de vliegende monstervogels en zeereptielen.

Nog meer draken
In de veertiende eeuw werd in de Oostenrijkse stad Klagenfurt een schedel van een wolharige neushoorn opgegraven. Al snel ging het verhaal rond dat er een draak was gevonden. In de zestiende eeuw werd er zelfs een standbeeld van een draak gemaakt om midden in de stad te zetten. Klagenfurt voert ook een draak in het wapenschild van de stad. Dit wapen was er echter al voordat de ‘Draak van Klagenfurt’ gevonden werd. Het is niet onwaarschijnlijk dat er al eerder resten van prehistorische dieren zijn gevonden die het geloof in draken hebben versterkt en hebben gemaakt dat de draak deel uit maakt van het stadswapen.

Klagenfurt drachen-fabelwesen.de
De draak van Klagenfurt (foto drachen-fabelwesen.de)

In het oude Egypte schreef men botten gevonden rondom de Nijl niet toe aan draken, maar aan Set, de Egyptische god van woestijn, storm en oorlog. De vijand van Osiris. Er zijn honderden kilo’s zwarte, door de rivier afgesleten botten gevonden die op verschillende plekken bewaard werden op altaren gewijd aan Set. Dit zijn botten geweest van verschillende fossiele dieren als nijlpaard, krokodil, zwijn, paard maar ook oude mensachtigen.

Draken in Groot-Brittannië
Ook in Groot-Brittannië zijn veel drakenverhalen bekend. In Europa zijn dinosaurus resten redelijk zeldzaam, maar één van de plekken waar ze het meest voorkomen is Zuid-Engeland. Dat ook hier verhalen over draken erg populair zijn is dus misschien niet zo toevallig.
Voor de Kelten speelden draken een belangrijke rol. Volgens de druïden waren draken de verbinding met de aarde en de aardse energie. De paden waarlangs draken hadden gelopen hadden sterkte energieverbinding met de aarde, tegenwoordig noemen we dit leylijnen. In de Mabinogion en de Arthur verhalen spelen draken ook een grote rol. De rode draak uit de Arthur verhalen is nu nog terug te vinden op de vlag van Wales. Zelfs Beowulf versloeg een draak (nee, niet Grendel) in het beroemde epische gedicht, de draak verwondde hem dusdanig dat hij stierf. Slangachtige draken noemde men ook wel wyverns en deze zijn in Groot-Brittannië nog steeds te vinden in afbeeldingen op gebouwen of in heraldieken. Er zijn verhalen opgeschreven door historici en folkloristen over draken die dorpen terroriseerden en die soms verslagen werden door de lokale bevolking. Er zouden zelf her en der in het land huiden van draken in huizen of kerken hebben gehangen jammer genoeg allemaal verdwenen, was interessant geweest te zien wat het in werkelijkheid was geweest). Deze verhalen werden tot in de 19e eeuw doorverteld. In het noorden van Engeland en Schotland was men eeuwenlang doodbang voor de zeedraak Seonaidh, later verbasterd tot Shoney. Hij at bemanningsleden van schepen op en als hij geen mensen geofferd kreeg dan verslond hij complete schepen.
In Wormingford in Essex ligt een kleine heuvel. Onder deze heuvel zou het lichaam liggen van de draak die St George verslagen had. De naam van het dorp zou daar ook op duiden. Een ford is een doorwaadbare plaats in een rivier en worming zou van worm komen, de oude benaming voor slangachtige wezens en draken. Een andere uitleg voor de naam is misschien meer waarschijnlijk. Koning Richard Lionheart zou een krokodil mee hebben gebracht toen hij terug kwam van de kruistocht. Deze krokodil (of ‘cockadrill’) zou zijn ontsnapt uit zijn verblijf in de menagerie in de Tower en in Essex huis hebben gehouden onder het vee en de mensen daar de stuipen op het lijf hebben gejaagd tot hij bij Wormingford gedood werd. Van dit soort verhalen zijn er meer en het is niet ondenkbaar dat een deel van de drakenverhalen ook afkomstig is van het zien van een exotisch dier dat men niet kende. Vooral aan het einde van de Middeleeuwen en later was het onder de elite mode om menagerieën aan te leggen met exotische dieren en het is goed voor te stellen dat een hieruit ontsnapte slang of reptiel de lokale bevolking flink wat angst aan kan jagen.

De eerste paleontologen
Het is niet heel verwonderlijk dat mensen verklaringen bedachten voor ongewone vondsten die gedaan werden. In mijn blogs over ammonieten en zee-egels kunnen jullie lezen hoe men vroeger verklaringen zocht voor deze bijzonder gevormde stenen. En veel fossiele botten spraken ook erg tot de verbeelding. Een mammoet of dinosaurus dijbeen kan zo groot zijn als een kind. En een schedel met afzichtelijke tanden was ook niet alledaags. Dit werd gezien als bewijzen voor het bestaan van monsterlijke wezens, zoals draken. De verhalen van deze draken werden erg populair en werden van gebied tot gebied en van generatie op generatie doorverteld. Zo gingen deze verhalen deel uitmaken van culturen, overleveringen, verhalen, sprookjes en literatuur.

755E2267-1755-4D71-8E74-D8F2955BA9D6
Pliosaurus kevani,, gevonden begin deze eeuw in Weymouth. Dit soort dingen waren vroeger voer voor verhalen over angstaanjagende wezens. Te zien in het Dorset County Museum, Dorchester

In de 17e eeuw werd de eerste wetenschappelijke illustratie gemaakt van een dinosaurusbot door Robert Plot, professor in Oxford en conservator van het Ashmolean Museum in dezelfde stad. Hij herkende het alleen niet als zijnde bot van een uitgestorven dier. Het zou volgens hem van een erg groot mens afkomstig zijn. Het ging om het uiteinde van een bot met twee bolvormige koppen en later werd het door een collega van hem, Richard Brookes, in 1673 beschreven als zijnde een versteend ‘Scrotum humanum’, versteende menselijke testikels.

De ware herkomst van de grote botten en tanden werd pas in de 19e eeuw bekend. In 1822 vond Gideon Mantell, een dokter uit Lewes, Engeland, een tand van een onbekend dier, fossiel. Hij realiseerde zich dat het van een uitgestorven dier afkomstig was en beschreef het als de tand van een dier dat hij Iguanodon noemde, wat leguaantand betekende. In 1824 werd ook het ‘Scrotum humanum’ herkend als dinosaurusbot en opnieuw beschreven als Megalosaurus. Er is een uitspraak van de Internationale Commissie voor Zoölogische Nomenclatuur voor nodig geweest om het bot te kunnen herbenoemen, want de eerste wetenschappelijke naam gegeven is eigenlijk de geldige naam. Maar de naam Megalosaurus werd beschaafder geacht en dus toegestaan. In 1842 werd voor het eerst de groep ‘Dinosauria’, verschrikkelijke reptielen, beschreven door Richard Owen. Vanaf dat moment werden er steeds meer dinosaurus soorten gevonden en beschreven. De eerste reconstructies waren bijzonder te noemen, maar stukje bij beetje werden de dieren bekender en wist men beter hoe ze er uit hadden gezien.

F258437B-22F8-4D85-8E26-B93446158BE1
‘Blue plaque’ op het woonhuis van Dr Gideon Mantell in Lewes

Mocht je het jammer vinden nooit echt oog in oog te kunnen staan met een levende dinosaurus, niet getreurd. Loop even naar het raam en kijk naar buiten. Met een beetje geluk zitten er toch een paar in je tuin. Vogels zijn namelijk de enige nog levende leden van de groep Saurischia, de saurischische dinosauriërs. Tot deze groep behoorden ook de vreselijkste dino’s die ooit geleefd hebben, zoals de Tyrannosaurus Rex. En dus zijn vogels familie van deze verschrikkelijke hagedissen. Ze zijn echter niet zoals sommige mensen soms denken directe afstammelingen van de T-Rex, de groep waar de vogels uit voort is gekomen is reeds lang voor het ontstaan van de echte T-Rex afgesplitst. Veel prehistorische dieren die nu dinosaurus of sauriër genoemd worden zijn trouwens technisch gezien geen dinosaurus. Denk aan de zeereptielen als Ichtyosaurus en Pliosaurus. Maar ook de Pterosaurus niet. Dinosaurussen stierven als groep uit aan het einde van het Krijt. Vaak wordt de inslag van een grote meteoriet bij wat nu Mexico heet als oorzaak gezien, maar de uiteindelijke oorzaak van het uitsterven van deze groep en nog veel meer dieren waaronder ook de ammonieten aan het eind van het Krijt is waarschijnlijk iets genuanceerder en een combinatie van oorzaken en omstandigheden waarvan de meteoriet de ‘trigger’ was. Bewijs van deze inslag kan over de hele wereld nog gezien worden, waaronder in ons eigen Nederland. In het Limburgse Krijt zit op plekken een dun laagje iridiumhoudend gesteente dat op meer plekken over de hele wereld te vinden is. Dit is het overblijfsel van de inslag van deze meteoriet bijna 66 miljoen jaar geleden. De KT-extinctie of K-Pg extinctie, zoals dit wordt genoemd, zorgde voor het uitsterven van twee-derde van het dieren en plantenleven op aarde.

Happy Saint George’s Day en pas op voor de draken!